Berlijn, niet snel te gek, is te gek!

Zoon en ik waren een paar dagen in Berlijn. Omdat het “zijn dagen” moesten worden had ik hem het boekje 100% Berlijn gegeven. De 100% boekjes zijn vooral gericht op jongeren. Zijn taak is het om voor 3 dagen een programma samen te stellen. En zo werden drie dagen gevuld met “de musts” en allerhande hippe uitstapjes.

Op de eerste dag stond de wijk Friedrichshain op het programma. Als we uit de metro stappen op de Karl-Marx-Allee worden we verwelkomd door drukte en muziek. Het is Berliner Bierfest. Naast bier, zijn er bandjes. Nou zijn wij allebei dol op bandjes, dus dat is een goed begin.

Friedrichshain is het meest oorspronkelijke deel van Oost-Berlijn. Het is een wijk die zich sterk ontwikkelt en dat zie je. Huizen worden gerenoveerd en tussen de huizenblokken zijn leuke speeltuintjes gecreëerd. Kinderen spelen en ouders zitten relaxed langs de kant een biertje te drinken. Nergens een plek gezien waar je zoveel mensen op straat met een fles bier in de hand tegenkomt. Dat schijnt altijd zo te zijn en niet alleen tijdens het Bierfest.
De rest van de dag brengen we door in Friedrichshain. We zoeken een terrasje om te eten, een terrasje om koffie te drinken en nog een ander terrasje voor een borrel.
En hoe het kan weten we zelf niet. Het langst bewaarde stuk muur – de East Side Gallery – missen we.

De volgende dag hebben we gereserveerd voor het hart van de stad, de wijk Mitte.  In dit deel van Berlijn vind je de meeste bezienswaardigheden. Mitte ademt een  andere sfeer dan het hippe Friedrichshain. We leggen heel wat kilometers af. We zien de Reichstag, het Holocaustmonument, Checkpoint Charly en bezoeken het Mauermuseum. We kijken binnen in de compleet herbouwde Synagoge en in de Berliner Dom. We begluren mensen bij de Brandenburger Tor en lopen over “Unter den Linden”. Voeten hebben we aan het eind van de dag niet meer over. En dan hebben we nog lang niet alles gezien.

Voor het diner strijken we neer in de Sophienstrasse. Op de terugweg naar het hotel, net buiten Berlijn, vergeten we uit de S-bahn te stappen en bevinden ons dan op een grauw, verlaten, station in the middle of nowhere. Mooie locatie voor een Duitse Krimi.

Dinsdag vertrekken we al vroeg naar Tempelhof, het vliegveld middenin de de stad, dat geen dienst meer doet als vliegveld. Het ligt in het westelijk deel van Kreuzberg 61 (genoemd naar de voormalige postcode). Deze wijk werd door de aanwezigheid van het vliegveld niet  gebombardeerd in de Tweede Wereldoorlog. Het is een prachtige wijk die een beeld geeft van hoe Berlijn er eens uitzag.
Met een lengte van ruim een kilometer is Tempelhof een van de grootste gebouwen ter wereld. Bij de nationaal-socialistische macht die Hitler voor ogen had paste een imposant vliegveld. Het vliegveld is veel gebruikt in de oorlog maar was ook ten tijde van Die Wende een belangrijke locatie voor vooral West Berlijn. Van juni 1948 tot mei 1989, tijdens de blokkade van West-Berlijn door de Sovjet-Unie, heeft Tempelhof een vitale rol gespeeld als eindpunt van de Berlijnse Luchtbrug die de Geallieerden uitvoerden onder directie van de Amerikanen. De luchtroutes boden de enige toegang tot dit gedeelte van Berlijn en haar 2 miljoen inwoners. Deze ontwikkelingen hebben ervoor gezorgd dat het imago van Tempelhof iets werd verbeterd, want het had terecht te kampen met een Nazi-imago.

Tegenwoordig kun je op de landingsbanen skeeleren, vliegeren, skateboarden, fietsen en een combinaties van dit alles. Grote wens van zoon is om een Segway te huren. Een Segway is een elektrisch aangedreven, zelfbalancerend eenpersoons vervoermiddel. We hebben nog net geld voor het huren van één zo’n hip ding en één fiets. En zo toeren we over de landingsbanen en ervaren de vrijheid en ruimte van Tempelhof. Hij op zijn Segway, zij op haar fiets. Op het terrein zijn allerhande hippe projecten. Zo is er een  midgetgolf, waarvan de banen zijn ontworpen door kunstenaars. Een paar dagen voor onze komst waren er de Hipster Olympische Spelen met de  currywurst versus döner-eet-competitie, theezakjeswerpen, 200 meter achteruitsprinten, dikke zwarte hoornen brilwerpen, linnentasjeszaklopen en skinnyjeanstouwtrekken.

Het is te gek dat in Berlijn iets niet snel te gek is.